Verliefd
Zo gaat het, zo ging, zo zal het altijd gaan.
Afspreken in cafés op sluitingsdag.
Aan de verkeerde zijde van bruggen staan.
Tussen duim en wijsvinger, als brandende as,
het fout begrepen telefoonnummer.
Parken te nat, hotels te vol, Parijs te ver.
Liefde als een veelvoud van vergissingen.
Onbeholpen woorden als zoëven op zak en
zoveel zin om, los van de wetten
van goede smaak en intellect, te schrijven
dat van de dag waar je elkaar voor het eerst zag,
een plattegrond bestaat, waarop een kus,
die het nauwelijks was, geregistreerd werd.
- Eddy Van Vliet
Afspreken in cafés op sluitingsdag.
Aan de verkeerde zijde van bruggen staan.
Tussen duim en wijsvinger, als brandende as,
het fout begrepen telefoonnummer.
Parken te nat, hotels te vol, Parijs te ver.
Liefde als een veelvoud van vergissingen.
Onbeholpen woorden als zoëven op zak en
zoveel zin om, los van de wetten
van goede smaak en intellect, te schrijven
dat van de dag waar je elkaar voor het eerst zag,
een plattegrond bestaat, waarop een kus,
die het nauwelijks was, geregistreerd werd.
- Eddy Van Vliet
Bespreking: Volgens mij gaat dit gedicht over de verschillende misverstanden en ruzies die kunnen ontstaan in een relatie. Om deze misverstanden aan te tonen in zijn gedicht gebruikt de schrijver veel metaforen (bv: "als brandende as").
De misverstanden die Eddy Van Vliet beschrijft horen nu eenmaal bij een relatie. Elke relatie heeft zijn "ups" en "downs" en dit betekend niet dat een relatie geen stand kan houden. Daarom heb ik voor de volgende foto gekozen. Op de foto kunnen we een oud koppel herkennen. Hiermee wil ik aantonen dat liefde wel voor eeuwig kan zijn, als we er maar ons best voor doen en de misverstanden steeds opgelost worden.
De Dapperstraat
Natuur is voor tevredenen of legen.
En dan: wat is natuur nog in dit land?
Een stukje bos, ter grootte van een krant,
Een heuvel met wat villaatjes ertegen.
Geef mij de grauwe, stedelijke wegen,
De in kaden vastgeklonken waterkant,
De wolken, nooit zo schoon dan als ze, omrand
Door zolderramen, langs de lucht bewegen.
Alles is veel voor wie niet veel verwacht .
Het leven houdt zijn wonderen verborgen
Tot het ze, opeens, toont in hun hoge staat.
Dit heb ik bij mijzelve overdacht,
Verregend, op een miezerige morgen,
Domweg gelukkig in de Dappperstraat.
Natuur is voor tevredenen of legen.
En dan: wat is natuur nog in dit land?
Een stukje bos, ter grootte van een krant,
Een heuvel met wat villaatjes ertegen.
Geef mij de grauwe, stedelijke wegen,
De in kaden vastgeklonken waterkant,
De wolken, nooit zo schoon dan als ze, omrand
Door zolderramen, langs de lucht bewegen.
Alles is veel voor wie niet veel verwacht .
Het leven houdt zijn wonderen verborgen
Tot het ze, opeens, toont in hun hoge staat.
Dit heb ik bij mijzelve overdacht,
Verregend, op een miezerige morgen,
Domweg gelukkig in de Dappperstraat.
- J. C. Bloem
Bespreking: Dit gedicht kunnen we ook wel een sonnet noemen omdat het bestaat uit 14 zinnen. Het bevat een omarmend rijmschema en het metrum bestaat uit een vijfvoetig jambe. In het gedicht beschrijft de schrijver de natuur. Hoe deze er uit ziet en wat hij er van vindt. Het lijkt of de schrijver de natuur niet graag heeft. Hij beschrijft haar als slechts "een stukje bos ter grootte van een krant". Hij leeft liever in de stad, in de grote stedelijke wegen en daarom heb ik voor de volgende foto gekozen. Op deze foto kunnen we een grote verstedelijking van het landschap herkennen. We zien enkel nog grote gebouwen, grijze beton, metalen constructies, ect. De natuur is bijna nergens meer te vinden. In tegenstelling tot de schrijver vind ik de natuur wel heel belangrijk. Het is ook de eerste keer dat ik een gedicht tegenkom waarin de natuur niet geprezen wordt en daarom heb ik ook voor dit gedicht gekozen.
Jonge Sla
Alles kan ik verdragen,
het verdorren van bonen,
stervende bloemen, het hoekje
aardappelen kan ik met droge ogen
zien rooien, daar ben ik
werkelijk hard in.
Maar jonge sla in september,
net geplant, slap nog,
in vochtige bedjes, nee.
Alles kan ik verdragen,
het verdorren van bonen,
stervende bloemen, het hoekje
aardappelen kan ik met droge ogen
zien rooien, daar ben ik
werkelijk hard in.
Maar jonge sla in september,
net geplant, slap nog,
in vochtige bedjes, nee.
- Rutger Kopland
Bespreking: In dit gedicht beschrijft de dichter allerlei verschillende tragische gebeurtenissen. Dit doet hij aan de hand van verschillende soorten groenten die slecht worden. Hij bedoeld daarmee volgens mij het leven dat dus dood gaat. Na zijn beschrijving van deze treurige gebeurtenissen zegt de schrijver dat hij "zeer hard" is en dat hij dus niet zal huilen of treuren om deze gebeurtenissen. Er bestaat maar één uitzondering en die beschrijft hij in de tweede strofe. Hij zegt dat hij wel ontroerd geraakt door een jonge sla krop die in September gepland is en dus nooit zal kunnen uitbloeien tot een volwassen sla krop. Volgens mij gaat dit over het overlijden van een kind. Dit kind heeft nooit de kans gekregen om op te groeien, om een eigen leven te leiden, etc. en dat vindt de schrijver zeer erg.
Ik heb voor deze foto gekozen omdat het algemene thema in dit gedicht volgens mij het uitsterven van dingen is of gewoon de dood. Dit is slechts mijn interpretatie van het gedicht. Ik zou niet weten wat de schrijver anders zou kunnen bedoelen met de groenen die rotten en planten die verwelken.
Ik weet het niet,
ik vloei verloren.
Wees mijn oevers.
Wees het riet dat op mijn oevers
staat te denken.
Wees de vissen in mijn water
en krioel.
Kijk hoe langzaam me herinnerend
ik je voel.
Herman De Coninck
Bespreking: Omdat de dichter zijn zinnen vaak met "wees" begint, lijkt het gedicht een smeekbede of een bevel. Aan de hand van verschillende metaforen beschrijft de dichter zichzelf als een rivier die iemand nodig heeft om het op te vullen, om hem te begeleiden, om zijn stroom te zijn. Met dit gedicht wekt de schrijver medelijden op bij zijn publiek. Hij verteld dat hij zonder zijn 'stroom' verloren is. Daarom heb ik voor deze foto gekozen. Op deze foto kunnen we het water zeer duidelijk zien stromen doorheen de stenen in de rivier. Zonder het water en zijn stroming zou de foto niet zo moot zijn en dat is wat Herman De Coninck volgens mij ook duidelijk wil maken in zijn gedicht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten